
Geld, of het gebrek daaraan, mag nooit een reden zijn om niet te kunnen sporten, vindt Jacques Brinkman. De oud-hockeyinternational is stellig: het bevorderen van kansengelijkheid is prioriteit nummer één nu hij tegenwoordig clubkadercoach is bij HC ’s-Hertogenbosch. In die rol initieerde hij een tijdje geleden ‘Sportief Ontdekken’: een maatschappelijk project dat kinderen assertief betrekt bij de hockeysport door naar ze toe te gaan in hun eigen wijk. Hiervoor werkt de hockeyvereniging samen met scholen, de gemeente en partners als Rabobank, TommyTomato, Stichting Vitam Doet Goed en BrabantSport.
Het idee voor dit project ontstond bij Brinkman toen hij als clubkadercoach tijdens clinics in contact kwam met scholen. “Ik werd daardoor getriggerd. Ik heb een passie voor het werken met kinderen en werd op een spoor gezet. Aangezien het bevorderen van gelijke kansen mijn passie en missie zijn, dacht ik: Hoe mooi zou het zijn als we een verschil kunnen maken in de Bossche aandachtswijken? Als we meer kinderen in deze wijken kunnen laten hockeyen en daarmee gelijk invulling geven aan de maatschappelijke pijler van HC ’s-Hertogenbosch?”
De wijk in
Het waren deze overpeinzingen die leidden tot het ontstaan van Sportief Ontdekken: een combinatie van sportclinics en -lessen in aandachtswijken en workshops over gezonde voeding en leefstijl, voor kinderen op de basisschool. “We gebruiken sport als middel om te zorgen dat kinderen meer bewegen, zich op sociaal vlak ontwikkelen en verenigingsvaardigheden meekrijgen, én meer aandacht krijgen voor een gezonde leefstijl”, vertelt Brinkman. “Dat doen we door echt de wijk in te gaan, naar de kinderen en ouders toe. Aan de vergadertafel ga ik het verschil niet maken, maar wél als ik naar vijftig basisscholen toe ga en ouders uitnodig voor kennismakingsbijeenkomsten in hun woonomgeving.”
Het ontmoeten van ouders is net zo belangrijk als de basisschoolbezoeken, vindt Brinkman: “Zij zijn degenen die hun kinderen moeten inschrijven, maar een brief, poster, socialmediapost of e-mail is vaak niet genoeg om mensen over de drempel te helpen. Ik kom dus met stick en bal naar ze toe om uit te leggen wat wij allemaal doen.
Samenwerkingen
Met behulp van gemeentesubsidies geeft Brinkman samen met een HC ’s-Hertogenbosch-lid hockeylessen aan basisschoolkinderen. Die lessen vinden op locaties plaats die op steenworp afstand van hun school liggen. “Die bereikbaarheid op korte afstand is belangrijk, want veel gezinnen in aandachtswijken hebben geen auto en soms ook geen fiets. Voor het vinden van goede locaties is de samenwerking met buurtsportcoaches voor ons belangrijk, omdat zij ons daarbij kunnen helpen. Dat zijn in onze gemeente vaak combinatiefunctionarissen. Gymdocenten in dienst bij de gemeente bijvoorbeeld; ik ken ze allemaal persoonlijk. Zij attenderen ons ook regelmatig op trainingen en bijeenkomsten waarvan we gebruik kunnen maken. Ook zijn ze van meerwaarde wanneer we evenementen organiseren en zij weten ons op hun beurt te vinden wanneer wij iets kunnen betekenen voor hun evenementen.”
Naast de hockeylessen krijgen de basisschoolkinderen regelmatig lessen in voeding en gezondheid. Deze lessen worden georganiseerd door TommyTomato, een organisatie die gezonde maaltijden levert aan scholen, en Stichting Vitam Doet Goed, een organisatie die kinderen bewuster maakt van gezond en goed eten en drinken. Op deze manier bereikte Sportief Ontdekken in startjaar 2023 alleen al zo’n 1.200 kinderen.
Ik vind het bevorderen van kansengelijkheid prioriteit nummer één.
Jacques Brinkman
Tientjeslid
Binnenkort zullen de activiteiten binnen Sportief Ontdekken nog verder uitgebreid worden, vertelt Brinkman. Hij wil namelijk een buurtsportvereniging oprichten. “We zijn van plan om dan een aantal kennismakingslessen hockey te gaan geven op diverse scholen, in overleg met de gymdocenten die dus ook combinatiefunctionaris zijn. Na afloop van dit traject bieden we de kinderen de mogelijkheid aan deel te nemen aan naschoolse lessen. Dit kost hun ouders niks en de kinderen kunnen tien keer meedoen. Als ze het echt leuk vinden en graag lid zouden willen worden van een vereniging, maar de stap naar HC ’s-Hertogenbosch te groot vinden, is daar dan de buurtsportvereniging. Dit kun je zien als een soort satellietclub van HC ’s-Hertogenbosch waar kinderen als het ware tientjeslid kunnen worden.”
Nog steeds blijft het motto ‘dichtbij in de eigen wijk’ de sleutel voor alle activiteiten. Kennismakingslessen vinden plaats in de eigen gymzaal en voor de naschoolse lessen heeft Brinkman het Cruyff Court in een van de wijken op het oog. “En binnen de buurtsportvereniging kunnen buurtsportcoaches ons weer helpen bij het zoeken naar vrije veldjes.”
Aanvullende steun
De betrokkenheid van de verschillende samenwerkingspartners is cruciaal binnen dit project, vervolgt Brinkman. Van de clubleden en gymdocenten die samen met hem de lessen verzorgen, tot de organisaties en instanties die voor de financiële ondersteuning zorgen. “We hebben op de club een aantal spelers uit het eerste die het leuk vinden om te helpen bij de lessen, maar zij zijn natuurlijk ook wel beperkt in hun tijd. Het is daarom mooi om te zien dat gymdocenten ook zo enthousiast meedoen. De materialen laten we tegenwoordig staan, zodat gymdocenten zelf ook lessen kunnen organiseren als wij er niet zijn. Dat idee is ontstaan door naar de behoeften van de kinderen te luisteren. We kregen vragen als: Hoe kan ik in de tussentijd nou oefenen als ik geen bal en stick heb? Dankzij financiële hulp van de gemeente hebben we daar nu verandering in kunnen brengen.”
Lesgeven
De behoefte aan sport en beweging onder de kinderen die Brinkman en collega’s proberen te bereiken, is groot, ziet hij. “Maar de uitdaging is dat sport- en beweegaanbod onder gezinnen in aandachtswijken vaak niet bekend is. Daarom moet je echt naar de wijk toe, ontmoeten, vertrouwen wekken. Wanneer je dat eenmaal bereikt, zie je dat de bekendheid zich als een lopend vuurtje door een wijk verspreidt.”
De kinderen zijn aanstekelijk enthousiast, vervolgt Brinkman: “Wat anderhalf uur bewegen wel niet kan doen. Je ziet de kinderen vrolijk en vrij bewegen, ze zijn nieuwsgierig en fleuren er helemaal van op. Als ik nu door Den Bosch loop, hoor ik weleens: ‘Hé meester!’ Ik moet zeggen: ik heb mijn eigen kinderen voor lange tijd opgevoed, maar lesgeven aan deze kinderen is toch echt even iets anders. Dat heb ik gaandeweg geleerd. ‘En nu gaan zitten’: zo gaat dat niet. Dat accepteren de kinderen niet zomaar. En lukraak een willekeurige trainer naar een aandachtswijk sturen: dat werkt ook niet. Je moet je voorbereiden, naar de kinderen luisteren en je lessen aanpassen aan hun behoeften. Tijdens een wedstrijdje jongens tegen de meisjes deed ik eens een keer mee met de meisjes. Wij hadden de overhand, maar dat schoot de jongens in het verkeerde keelgat. ‘Meneer, u bent helemaal geen meisje.’ Dan kun je nog uitstappen, maar het kwaad is dan al geschied. Zo ben ik door schade en schande wijzer geworden; ik heb veel van deze kinderen geleerd.”
Lange weg
Tijdens de lessen ziet Brinkman met eigen ogen wat het nut en de noodzaak van zijn maatschappelijke initiatief is. “Ik kom vaak thuis met de gedachte: wat zijn we toch ver verwijderd van gelijke kansen. Ik heb zo’n passie voor het werken met kinderen en gun iedereen dezelfde kansen en mogelijkheden in het leven, maar als je dan kinderen zonder gymschoenen ziet aankomen omdat hun ouders die niet kunnen betalen, is dat toch heftig. Dan kun je wel redeneren dat je een paar schoenen voor een kind koopt, maar daar los je een probleem niet structureel mee op.”
Tegelijk is Brinkman blij met wat HC ’s-Hertogenbosch en de samenwerkingspartners al bereikt hebben met Sportief Ontdekken. “Het mooiste zou het nu zijn als we ook daadwerkelijk de impact van ons programma kunnen meten. Daar heeft de gemeente ook behoefte aan; ik heb dan ook het verzoek gekregen om een nulmeting. Maar dat is lastig: we hebben een test gedaan met een soort enquête, maar kregen terug dat het toch wat lastige vragen waren die alleen één-op-één aan een kind kunnen worden gesteld.” Voor Brinkman en partners zou het mooi zijn om bijvoorbeeld meer inzicht te krijgen in het (sociale) welzijn van kinderen: “Hebben ze meer vriendjes? Voelen ze zich beter? Zijn ze minder vaak absent op school? Nuttige informatie, maar op dit moment is het nog moeilijk dat inzichtelijk te maken.”
Ik heb zo’n passie voor het werken met kinderen en gun iedereen dezelfde kansen en mogelijkheden in het leven.
Jacques Brinkman
Diversiteit
Een secundaire ambitie die bij Brinkman een rol speelt, is het vergroten van inclusie binnen de hockeysport: “We hebben een oerwitte sport. Als we bij Den Bosch nou al een paar honderd mensen met een migratieachtergrond bij de club kunnen verwelkomen: dat is mijn droom, maar daar zijn we nog wel even van verwijderd. Wie weet kan de buurtsportvereniging een eerste stap zijn.”
Dat brengt Brinkman gelijk bij een ander doel. “Natuurlijk doen we dit in de eerste plaats voor de kinderen, maar als we als vereniging ook nog leden kunnen overhouden aan het ‘Sportief Ontdekken’-programma, is dat het allerbeste scenario. We zijn op dit moment afhankelijk van de subsidie die we voor dit initiatief krijgen. Als dat stopt, stopt ook het programma. Dat moeten we proberen te voorkomen. Als we ervoor kunnen zorgen dat zich hierdoor uiteindelijk bijvoorbeeld vijftig nieuwe leden aanmelden, kun je jezelf bedruipen als vereniging en uiteindelijk ook zonder subsidie door. We kunnen misschien wat doen met een gereduceerd contributietarief, maar ook het Jeugdfonds Sport & Cultuur is hierin belangrijk. Nogmaals: geld mag nooit een reden zijn om niet te sporten, maar veel mensen weten niet dat er ook omwegen zijn. Sport is belangrijk. Voor een sociaal netwerk, voor een regelmatig beweegpatroon, voor een gezond leven. Iedereen moet de mogelijkheid daartoe hebben en sportverenigingen moeten een realistische afspiegeling zijn van de maatschappij. Ik hoop dat we daar een steentje aan kunnen bijdragen.”
Sportverenigingen moeten een realistische afspiegeling zijn van de maatschappij. Ik hoop dat we daar een steentje aan kunnen bijdragen.
Jacques Brinkman
Succesfactoren van dit praktijkvoorbeeld
- Kijk verder dan de sport zelf en ook naar andere mogelijke/bijdragen die de activiteiten kunnen leveren, zoals zelfvertrouwen en sociale vaardigheden en daarmee het bevorderen van kansengelijkheid.
- Werk met professionals zoals een verenigingsmanager. Een besluit dat vanuit het bestuur moet worden genomen.
- Maak gebruik van bestaande subsidieregelingen.
- Benut de maatschappelijke waarde van topsport door de inzet van (oud-)top-hockeyers. Maak gebruik van maak rolmodellen en het netwerk.
- Zorg voor een goede interne samenwerking en zorg daarbij voor een heldere taakverdeling.
- Zoek samenwerking met externe partijen (zoals opleidingen en basisscholen) en match daarbij de vraag en het aanbod.
Dit artikel is in gewijzigde vorm verschenen in magazine Buurtsportcoach (nummer 10, 2024).